LIEFHEBBERIJ

 

Bertus Hutten
Keuring is trefplaats van lijnen naar de toekomst
Twee jaar geleden een A-geit, vorig jaar een door hem gefokte A-bok en dit jaar weer een zelfgefokte A-geit en een A-bok op stal. Bertus Hutten is een liefhebber pur sang en vindt dat de geitenhouders best wat meer naar de keuring mogen om hun hobby te promoten.

Bertus is geitenhouder sinds 1980. Het eerste geitje kwam van de Schoter markt. In eerste instantie gekocht als aardigheidje voor de kinderen. Het dier werd een registergeitje en dat wakkerde de liefhebberij flink aan.

Na een aantal jaren met wisselend succes fokken, werd in 1988 de liefhebberij serieus opgepakt met de aankoop van Kniertjes Viola, een fraaie Witte bokmoeder. De aankoop kwam niet zomaar uit de lucht vallen. Naar mening van Bertus kun je als je de fokkerij serieus neemt beter met een goed dier beginnen. Om die overtuiging te onderschrijven, kocht hij in 1992 Jetske 1 en 2 van het Lege Ein van wijlen dhr. Bosma.
Samen met Kniertjes Viola werd dit de basis van het huidige succes.
Uit beide lijnen is inmiddels een A-geit voortgekomen. Eerst Jetske 5 (1968251-NL95014) A92 en dit jaar Viola 7 van de Riethoeve (1968251-NL97035) A91 met als omschrijving een fraai gebouwde geit van uitmuntende kwaliteit. Deze geit werd tevens kampioen van de eenjarige melkgeiten op de landelijke CW in Utrecht.
Bok: Elllie’s Hampie (0118002-NL96008)
Vader: Jouke
Moeder: Ellie 2
Fokker: Comb. Zijlstra, Folsgare
Eigenaar: Comb. Hutten / de Vries
Opgenomen met A91, schofthoogte 99 cm.
Keurrapport: Uitmuntend ontwikkelde bok met fraaie middenhand
Geit: Viola 7 van de Riethoeve (1968251-NL97035)
Vader: Gerko 3
Moeder: Viola 1
Opgenomen met A91, schofthoogte 81 cm.
Fokker en eigenaar; B. Hutten, Beilen
Foto’s: Engel Kupers
   
Om voor de geiten de juiste bokken te vinden, is Bertus vaak als toeschouwer op de keuringen. Ook het bezoeken van andere geitenhouders is een vast onderdeel om kennis en ervaringen uit te wisselen.
Het verbaast hem daarbij dat op keuringen vaak niet meer keurmeesters te vinden zijn dan diegene die er ambtshalve moeten zijn. Terwijl juist de keuringen een ontmoetingsplaats zijn van de liefhebbers zijn en er een lijn naar de toekomst wordt uitgezet.

De verzorging van de dieren wordt door Bertus serieus ter hand genomen. Iets wat door de rest van het gezin niet altijd als even prettig wordt ervaren. Als je zo intensief bezig bent, valt het niet mee om eens wat over te laten aan anderen.
Goed uitgangsmateriaal, inzicht in de fokkerij, een optimale verzorging en plezier in de liefhebberij voor het hele gezin zijn dan ook de pijlers van het succes. Daarbij is de Riethoeve een ideale plek voor de geitenhouderij.

Over de toekomst is Bertus gematigd optimistisch. Hij vindt het jammer dat veel fokkers afhaken door allerlei overheidsmaatregelen met betrekking tot mestopslag, identificatie en de registratie van ontsmette karretjes.
Ook de gezondheidsstatus en de publiciteit daaromheen zorgt voor afvallers. In dat kader zou het goed zijn als verenigingen meer gaan samenwerken om de liefhebberij te promoten.
Ook de geitenliefhebbers zelf zouden in dit verband vaker op keuringen te zien moeten zijn. Vooral op de kleinere keuringen is de belangstelling vaak miniem.

Wat de geiten betreft heeft Bertus een duidelijk ideaalbeeld voor ogen. Hij houdt van de grote gerekte dieren met een schofthoogte van tegen de tachtig centimeter. De geiten moeten een krachtige indruk maken en voorzien zijn van en lang en goed aangehecht uier. Iets waar de meeste geitenhouders zich wel wat bij kunnen voorstellen!
 "Geitenhouderij", augustus 1998

 

WWW.WITTEGEITEN.ORG